Vervolg op deel 1:
4. Studeeromgeving vs. afleiding
Eén van de grootste uitdagingen voor mij was om mijn aandacht vast te houden en niet bij het minste afgeleid te raken. Niet alleen tijdens het studeren, maar ook bij het afleggen van examens, het maken van huistaken enz . Het was – en is nog steeds – een continu gevecht met mezelf, met mijn aard zegt maar. ADHD voelt alsof er tien verschillende televisies tegelijkertijd aanstaan in je hoofd die allemaal om je aandacht schreeuwen en je werkgeheugen volledig opeisen. Autisme maakt daarnaast dat je zintuigen snel overbelast zijn. Alle prikkels uit de omgeving schieten dus als kogels binnen en samen met al je opspringende gedachten, moet je die de hele tijd onderdrukken om gewoon nog maar een tekst te lezen.
Afleidingen en vermoeiende prikkels van buitenaf kan je dus best tot een minimum beperken. Heb je vooral last van visuele prikkels? Hou je bureau dan zo clean mogelijk door alles wat je op dat moment niet nodig hebt uit het zicht te leggen. Hou ook je cursussen ordelijk en begin er niet in te kribbelen, dat leidt alleen maar af tijdens het blokken. Als je snel afgeleid of vermoeid raakt door de minste omgevingsgeluiden, kan je eens oordopjes proberen of met een hoofdtelefoon luisteren naar een kabbelend beekje of white noise. Keuze genoeg op youtube.
Muziek kan ook stimulerend werken voor de concentratie. Wanneer ik onrustig ben en mijn gedachten alle kanten opspringen, helpt muziek vaak om al die gedachten te bundelen waardoor ik mij weer wat beter kan richten op mijn taak. Maar wat ik vooral vaak deed wanneer ik onrustig was en moeite had om stil te zitten, was al wandelend studeren. Zo kon ik het teveel aan energie fysiek kwijt en kon ik mijn gedachten beter op de leerstof richten.
Dit in combinatie met tijdsdruk door elke pagina tot op de minuut in te plannen, bleek voor mij ideaal te zijn. Bij elke pagina die ik binnen de geplande tijd had ingestudeerd, kreeg het beloningscentrum in mijn hersenen een boost en kreeg ik het zelfvertrouwen en de motivatie om verder te doen.
Uiteraard gebeurde het wel eens dat ik mij totaal mispakte aan de moeilijkheidsgraad van een vak waardoor ik te weinig tijd had ingepland, of dat ik gewoon een slechte dag had. Laat je in dat geval vooral niet ontmoedigen. Hermaak je dagplanning en maak gebruik van de marges die je had ingebouwd.
Ook voor het doorspartelen van verplichte lectuur had ik een strak tijdschema nodig. Wat een beproeving om boeken voor school uit te lezen en je er achteraf nog iets van te herinneren, hoe interessant ze ook mochten zijn. Een schamele tien bladzijden per uur, dat was doorgaans mijn tempo. Tijdens het lezen maakte ik ook steevast notities als soort van zekerheid dat ik wist wat ik las, want zelfs al lezend had mijn concentratie meer weg van een op hol geslagen dier. Een timer fungeerde bij wijze van spreken als zweepslag om mijn hoofd bij de les te houden.
Als je je thuis moeilijk kan concentreren omdat er te veel afleiding is of omdat je je kamer associeert met ontspanning en slapen, kan het ook helpen om in een meer studentikoze omgeving te gaan zitten. Ik heb meerdere examenperiodes in de bibliotheek van de school doorgebracht. Omringd door studieboeken en medestudenten kon ik gemakkelijker de juiste mindset vinden. Vooral voor het maken van huiswerk.
5. Bouw rust in
Tegen het achtste en laatste jaar van mijn hogere studies had ik veel meer nood gekregen aan duidelijk afgebakende rustmomenten. Daarom had ik besloten om tijdens de week al mijn huiswerk enkel nog in de schoolbibliotheek te maken; tijdens springuren en voor of na de les. Omdat de bibliotheek om 19u sloot, had ik een concrete deadline en dus tijdsdruk, waardoor ik sneller en geconcentreerder kon werken dan thuis. Zo werd mijn (studenten)kamer een plek voor louter ontspanning en kon ik er gemakkelijker rust vinden. Gedaan met tot een stuk in de nacht door te werken aan een slakkentempo, dat moest gewoon stoppen, ik kon dat niet langer volhouden. Ook tijdens de examens gaf ik mijzelf een einduur. Tot 21u studeren, klaar of niet. Nog een uur ontspannen en op tijd gaan slapen. Ermee kappen op een redelijk uur en een goede nachtrust achter de kiezen hebben, levert je ongetwijfeld meer op dan een hele nacht doorstuderen.
Bouw ook rustdagen of rustmomenten in, zowel tijdens het schooljaar als tijdens de examens. Omdat de rust vooraf ingepland is, ga je je minder schuldig of onrustig voelen en geef je jezelf ook iets om naar uit te kijken. Je hebt die rust verdiend en je zal er achteraf de vruchten van plukken. Regelmatig ontspannen maakt je productiever op de momenten dat je werkt en het maakt je ook gelukkiger. Studeren kan bijzonder uitputtend zijn, zeker met stoornissen zoals ADHD of autisme. Waak dus goed over jezelf, opdat je niet opbrandt.
6. Praktische voorbereidingen
Bezorg jezelf vóór een presentatie, een toets of een examen geen onnodige stress. We kunnen soms nogal warhoofden zijn, dus vertrek op tijd, dubbelcheck of je alles bij hebt en kijk nog eens na in welk lokaal je precies moet zijn. Mijd je stresskip-medestudenten en laat je vooral niet opjutten of onzeker maken. Ik probeerde mij altijd een beetje af te zonderen om in de juiste mindset te komen en mijn concentratie te vinden, alsof ik op het punt stond om aan een bokswedstrijd te beginnen.
7. Vraag hulp
Tenslotte een tip waar ik zelf geen ervaring mee heb gehad tijdens mijn studies: durf hulp te vragen. De sociale voorzieningen van je hogeschool of universiteit bieden ongetwijfeld hulp voor studenten met een stoornis. Ook voor studenten die gewoon beter willen leren plannen of faalangst hebben, bestaan er tal van begeleidingsmomenten of workshops. Maar ook een psycholoog, psychiater of auticoach kan uitkomst bieden als je (een vermoeden) van ADHD, autisme of een andere stoornis hebt en hulp kan gebruiken.
Al deze coping mechanismen zijn uiteraard heel persoonlijk en zullen wellicht niet voor iedereen werken, maar hopelijk geven ze wel ideeën en inspiratie om je eigen weg te vinden.
8 Opmerkingen